Slovenië en Kroatië - VI

Eergisteren hebben we de fiets weer eens gepakt voor een relatief vlak ritje van een kilometer of 12 naar het meer van Bohinj. We vertrokken al vroeg waardoor het nog een prima temperatuurtje was. Het meer is niet al te groot, maar wel mooi blauw. De terugweg was ook nog goed te doen al was het inmiddels wel veel warmer geworden.
Terug op de camping, kwamen de Hank en Margot aan met de caravan. Nadat ze geïnstalleerd waren (wat met een caravan toch wel supersnel gaat), zijn we 's middags zijn we met de auto nog een keer teruggegaan naar het meer, om het water eens aan een temperatuurtest te onderwerpen. Het water was, zeker vergeleken met onze eerdere ervaringen in de Soca rivier, heerlijk. Ik schat een graad of 20, prima om op een hete dag even in te duiken. Aan het eind van de middag even een boodschapje gedaan en de skottelbraai voor het eerst gebruikt. Helaas blijkt deze zijn anti-aanbaklaag in de afgelopen 20 jaar volledig kwijt te zijn geraakt op de diverse campings in Duitsland en Frankrijk, waardoor de aardappeltjes zich aan de bodem vasthechtten alsof ze er nooit meer vanaf wilden. Nog net op tijd hebben we ze kunnen redden. We gaan hier, na 20 jaar trouwe dienst, plechtig afscheid nemen van hem.
Na het eten hebben we nog een potje klaverjassen gespeeld en toen was het opeens een uur voordat we op ons luchtbed lagen, waardoor ik er de volgende ochtend pas om half elf vanaf kwam.
Gisteren was een hete dag, de heetste tot nu toe met 35 graden. We zijn naar de Svica waterval gereden, die hier niet zo ver vandaan ligt en hebben daar 500 treden afgezien. Zweten, hijgen, klimmen en drie keer een pauze onderweg, om uiteindelijk uit te komen bij onze beloning: Een mager watervalletje, dat in de lente ongetwijfeld schitterend is wanneer hij door smeltwater groot is geworden. Een kleine deceptie, maar ach, weer gezellig 500 treden omlaag en een ijsje genomen om het leed te verzachten.
Vervolgens zijn we richting Bled gereden waar we om een uur of drie aankwamen en ons eerst eens getrakteerd hebben op een lekkere lunch, op een terras aan het meer van Bled, met uitzicht op het kasteel en het eilandje met de kerk. Het eilandje dat in het meer van Bled ligt is het enige eiland van Slovenië. Vervolgens hebben we het kasteel bezocht, vanwaar je een mooi uitzicht over het meer had, omdat het op een rotspunt gebouwd is, ruim 100 meter boven het meer.
Net buiten Bled, op nog geen 5 kilometer afstand, bevindt zich de Vitgar Gorge. Een diep uitgesleten gorge met, uiteraard, een ijskoud riviertje onderin. Al in 1893 legde men hier een pad aan bestaande uit houten planken, vlonders en bruggen, zodat toeristen van de natuurlijke schoonheid konden genieten. Bij vlagen was het er heerlijk, omdat door het soms hard stomende water er een koele bries ontstaat. Dit was meer dan de moeite waard om de 1600 meter lange gorge te doorlopen en uiteindelijk uit te komen bij een waterval aan het einde.
Pas om acht uur 's avond kwamen we terug op de camping waar een maaltijd op ons wachtte: Dat is nog eens prettig terugkomen! Dank daarvoor.
Na het toetje was het tijd voor een potje klaverjassen. Helaas hebben we flink op ons lazer gekregen, dus dat vraagt om revanche!!

Grtz Bernd en Nienke