Thailand, dag 5
Door: Bernd en Nienke
Blijf op de hoogte en volg Bernd
04 Augustus 2011 | Thailand, Kanchanaburi
4 augustus 2011
Vannacht heerlijk geslapen in onze tweede kamer van het VN Guesthouse te Kanchanaburi. We zijn om acht uur opgestaan om eerst weer alles in te pakken, aangezien we wederom moesten verhuizen, en daarna weer met de scooter te gaan touren. Vandaag stonden de Hell Fire Pass en een bezoek aan een grot, de Lawa Cave, op het programma.
Hell Fire Pass, oftewel de Conyu Cutting, is een onderdeel van de spoorlijn die de Japanners tijdens de tweede wereld oorlog lieten aanleggen door de ongeveer 60.000 krijgsgevangenen en 200.000 "Romysha". Thai die gerecruteerd werden om te helpen de spoorlijn op tijd af te krijgen. Van de voornamelijk Britse, Australische, Amerikaanse en Nederlandse soldaten kwamen er zo'n 12.000 om, van de Thai bijna 100.000, ten gevolge van het harde werk onder erbarmelijke omstandigheden, het tekort aan voedsel en ziektes zoals cholera en malaria of door de mishandeling door Japanse bewakers.
We vertrokken zonder te ontbijten en hebben langs de weg wat fruit gekocht. Bananen per stuk kopen kennen ze hier blijkbaar niet zo, want ik kreeg er meteen 20. De rit over 75 kilometer duurde anderhalf uur en het laatste stukje ging over steigingspercentages van 8%. Ons scootertje had daar echter geen enkele moeite mee.
We kwamen aan bij het Hell Fire Pass Museum, waar een kleine, maar zeer indrukwekkende tentoonstelling te zien is.
De naam Hell Fire Pass komt van het feit dat de Japanners ooit "speedo" invoerden: een verhoogd werktempo omdat men door het grote aantal sterfgevallen achter dreigde te raken op schema. Gevangenen moesten voor het licht werd opstaan en door werken tot diep in de nacht, waarbij de werkplek werd verlicht door fakkels van bamboe.
Vanaf '43 werden krijgsgevangenen te werk gesteld. Ze moesten eerst een kamp bouwen, midden in de jungle, om vervolgens te beginnen aan de spoorlijn, die ervoor moest zorgen dat de Japanners hun frontlinies konden bevoorraden. Men begon met het weghalen van de begroeiing en de losse grond, om vervolgens handmatig grote hoeveelheden rots te verwijderen. Er werden dagen gemaakt van 18 uur. Kleding en schoenen rotten weg tijdens de regentijd zodat sommigen met niet meer dan een lendendoek en op blote voeten soms uren naar hun werkplek marcheerden. Materialen werden daar door de soldaten heen gedragen en er was slechts een pauze gedurende de dag, 30 minuten voor de lunch die bestond uit rijst met wat groenten. Na 20 maanden werd de spoorlijn uiteindelijk voltooid. Al met al een zeer indrukwekkend verhaal.
Na het museum zijn we een klein stukje van de oude spoorlijn gevolgd. Her en der liggen de oude bielzen er nog en Australisch oud strijders hebben er ooit een stukje origineel spoor gelegd ter nagedachtenis aan de gebeurtenissen bij de Pass. Verder is de gehele spoorlijn weggehaald.
Tot zo ver de geschiedenisles.
We zijn na de Pass een stukje terug gereden over de provinciale weg richting Kanchanaburi om onderweg te stoppen voor de lunch en na een kilometer of 15 af te slaan richting de Lawa Cave, een grot van ongeveer 280 meter lang met daarin verschillende kamers vol met stalagmieten en tieten. Eerst moest er nog even een trapje beklommen worden van een treetje of 140, waarna een bordje ons aanraadde om voor het binnengaan van de grot eerst even op adem te komen, in verband met het lage zuurstof gehalte binnen. Zo gezegd, zo gedaan en toen via een hele nauwe opening de aarde binnen gedrongen. In de eerste kamer, waar een gat in het plafond nog wat daglicht binnen liet, stond een altaartje voor een of andere Boeddha. Even verderop riep ik Nienke om eens omhoog te kijken, waarna ze behoorlijk schrok (ik in eerste instantie stiekem ook wel). Aan het plafond hingen duizenden vleermuizen rustig aan een pootje te slapen. Na van de schrik bekomen te zijn, liepen we, stiller dan daarvoor, verder naar binnen. De grot was heel mooi, en erg warm en vochtig. Na 10 minuten konden we onze shirts al weer uitwringen. Desalniettemin zeker de moeite waard. Ergens diep in de grot kwamen we nog een onheilspellend beest tegen, geen idee wat het was, maar eng zag ie er uit. Misschien dat als jullie de foto zien, jullie weten wat het is. Op de terugweg naar buiten hebben we toch nog even wat vleermuizen lekker een flitser in hun ogen geduwd. Gelukkig sliepen ze vast genoeg om er niet wakker van te worden. Snap niet dat ze in Blijdorp tegenwoordig achter glas zitten. Waren daar geen mensen aangevallen ooit???
Tegen een uurtje of zes waren we weer terug in het guesthouse waar we kamer nummer drie mochten betrekken. Helaas geen plaats meer op het rafthouse, maar verder prima. We zijn in het centrumpje van Kanchanaburi gaan eten, hebben een busticket gescoord naar Ayutthaya en gaan ons daar nu nog heel even over inlezen.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley